Elk jaar worden in België zo'n veertig baby’s geboren met één doof oor. Met een gehoorimplantaat geven we hen alle kansen om goed te ontwikkelen
Ontwikkeling van kinderen met aangeboren eenzijdige doofheid: Impact van vroege cochleaire implantatie
In mensentaal:
Kinderen smurfen beter met twee orenBio
Tine Arras (°1995) is logopedist en audioloog, en is al van kleins af aan geboeid door alles wat met taal te maken heeft. Tijdens haar doctoraat aan de KU Leuven ontdekte ze dat jonge kinderen die aan één kant doof zijn, beter kunnen horen én taal leren met een gehoorimplantaat. Haar werk diende als basis voor een nieuwe wet, zodat alle kinderen intussen recht hebben op zo’n implantaat – of ze nu één of twee dove oren hebben.
Doctoraat in het kort
"Kinderen die één doof oor hebben, en aan de andere kant goed horen, hebben moeite om gesprekken te volgen in lawaai. Ze horen niet goed uit welke richting geluid komt – onhandig en in sommige situaties zelfs gevaarlijk – en lopen een groter risico op taalproblemen of zittenblijven op school. Met een gehoorimplantaat kunnen deze kinderen niet alleen beter horen, maar ook vlotter taal leren."
Waarom is jouw doctoraat belangrijk?
"Elk jaar worden in België ongeveer veertig baby’s geboren met één doof oor. Met een gehoorimplantaat geven we hen alle kansen om goed te ontwikkelen. Dankzij een nieuwe wet, gebaseerd op de resultaten van mijn doctoraat, krijgen ze dat implantaat sinds januari 2024 ook terugbetaald."
Waarom wil je het publiek informeren over jouw onderzoek?
"Kinderen met één doof oor trekken in veel situaties hun plan met hun goede oor. Een gehoorimplantaat is duur, maar mijn onderzoek laat zien dat het nodig is én werkt – ook voor kinderen die ‘maar’ één doof oor hebben. Ik hoop dat mijn onderzoek leidt tot meer begrip bij iedereen in hun omgeving."